Een monitor onderzoek van het NIVEL heeft uitgewezen dat mensen die in de zorg werken over het algemeen erg te spreken zijn over hun baan en de werkzaamheden die zij uitvoeren. Echter zijn ze vaak minder te spreken over de werkdruk die binnen het bedrijf heerst. Dat heeft volgens de werknemers onder andere te maken met de administratieve taken. Met de invoer van systemen als het Omaha systeem moet hier een einde aan komen.
Trots
Het onderzoek uitgevoerd door NIVEL heet ‘Aantrekkelijkheid van werken in de zorg’ en is uitgevoerd onder zorgwerknemers die lid zijn van het Verpleging & Verzorging panel. Onder deze werknemers zijn veel verpleegkundigen, praktijkondersteuners en verzorgenden te vinden die hun werk gemiddeld een 7,6 geven. Belangrijkste redenen tot dit hoge gemiddelden zijn bijvoorbeeld dat de inhoud van het werk leuk is (91 procent geeft dit aan) en dat ze trots zijn op het werk dat ze doen (83 procent geeft dit aan). Het monitoronderzoek is al eerder uitgevoerd en net als in het afgelopen jaar waren de panelleden toen erg te spreken over het contact met collega’s, groeimogelijkheden binnen het bedrijf en de leidinggevenden.
Verlagen van de werkdruk
72 procent van de panelleden gaf aan dat ze hun werk nog aantrekkelijker zouden vinden wanneer de werkdruk verlaagd zou worden. 50 procent gaf zelf aan dat zij door het verlagen van de werkdruk beter zouden kunnen presteren. Eveneens de helft vind dat de maatregelen die er nu zijn om de werkdruk te verlagen niet efficiënt genoeg worden ingezet. De panelleden waren vooral niet te spreken over de hoeveelheid administratief werk die zij op hun bord geschoven krijgen. Zo vinden zij bijvoorbeeld dat niet al het administratief werk direct nut heeft of ligt het te ver van de behoeftes van de cliënt. De zorgbranche hoort deze klacht wel vaker en mede om die reden zijn er nu systemen die de administratieve last moeten verminderen, zoals het Omaha systeem.