Zoals de meeste mensen wel weten wordt mechanische ventilatie geregeld vanaf één centraal punt. Veelal wordt dit punt op het dak geplaatst in de vorm van dakventilatoren, of onzichtbaar weggewerkt in de vorm van WTW. Om ervoor te zorgen dat deze units alle ruimtes in de woning kunnen ventileren is het zaak dat je gebruik maakt van instortkanalen, flenzen en ander montagemateriaal.
Instortkanalen
Instortkanalen zorgen ervoor dat de leidingen en pijpen in het beton verwerkt kunnen worden. Hierdoor zijn de pijpen en kanalen die gebruikt worden bij ventilatie niet constant zichtbaar en wordt de geluidsproductie geminimaliseerd. Uiteraard kun je vervolgens gebruik maken van geluiddempers om de geluidsvervuiling binnen Europese normeringen te krijgen. Dit is echter niet verplicht bij iedere installatie. Je kunt je namelijk vast wel voorstellen dat een fabriek waar zware machines staan te draaien, zich minder aantrekt van deze geluidproductie dan een bijvoorbeeld iemand in een woning.
Flenzen
Instortkanalen komen niet standaard in elke gewenste vorm voor elke ruimte en voor elke woning. Om verschillende kanalen luchtdicht aan elkaar te verbinden kun je gebruik maken van flenzen. Deze flenzen worden aan het uiteinde van een instortkanaal bevestigd en koppelen zo twee losstaande kanalen aan elkaar. Afhankelijk van de hoeveelheid lucht en vloeistof die door de kanalen moet stromen heb je een ander type flens nodig.
Meet twee keer, installeer één keer
Doordat de instortkanalen in het beton worden verwerkt, kun je je wel voorstellen dat je het liefst niet twee keer aan de slag moet om deze installatie te realiseren. Er dient namelijk wel wat breekwerk gedaan te worden. Daarom adviseer ik ten alle tijden om twee keer te meten en één keer te plaatsen.